Kees Diepeveen: Overvechters laten zich niet op de kop zitten

Hij is bijna vier jaar wethouder van Overvecht. En daar heeft Kees Diepeveen bewust voor gekozen. ‘Deze wijk is in mijn hart komen te zitten, vertelt hij. ‘Ik heb er veel mooie dingen zien ontstaan, dankzij de mensen en ondernemers die er wonen.’

TEKST: Maud Bredero FOTO: Bas van Setten (boven) en Sanne Hermans (onder)

Valentijnsdag

Is er een mooier moment dan rondom Valentijnsdag om hem over zijn liefde voor de wijk te laten vertellen? ‘Ik houd van mensen die ondanks tegenslagen telkens weer de veerkracht vinden om door te gaan.’

Wanneer leerde je Overvecht echt kennen?

Kees: ‘Mijn allereerste kennismaking met Overvecht was zes jaar geleden tijdens een bijeenkomst in de Stefanus. Dat ging over de opvang van vluchtelingen aan de Einsteindreef. In de zaal zaten vooral veel boze mensen. Zij vertelden me dat hun kinderen al jaren op zoek waren naar een woning of naar een leuke baan. Wanneer kwam er dan ook iets voor hen, vroegen ze? Ze voelden zich aan de kant staan en niet serieus genomen. Deze mensen kwamen voor zichzelf en hun kinderen op en ik begreep heel goed wat hen pijn deed. Daarom kwamen er op de Einsteindreef naast vluchtelingen ook jongeren uit de wijk wonen die daar samen trainingen en cursussen gingen volgen. Het werd een winwinproject.’

Ik houd van mensen die ondanks tegenslagen telkens weer de veerkracht vinden om door te gaan.

Hart voor de zaak

Kees: ‘Veel bewoners in Overvecht krijgen in hun leven niet alles op een presenteerblaadje aangereikt. En zijn er tegenslagen, dan zie je ze met een bewonderenswaardige veerkracht weer doorgaan. Denk aan die treurige brand in de meidenhuiskamer van het BOKS Jongeren Cultuurhuis. Ik heb kort daarna deze meiden en jonge vrouwen gesproken en wat ik ijzersterk aan hen vind, is dat zij zeiden: ‘Iedereen die ons dit niet gunt, heeft ongelijk. Wij komen weer terug, sterker en beter dan daarvoor.’ Deze energie kom ik vaker tegen in Overvecht. Dat gaat over hart voor de zaak hebben en je niet op de kop laten zitten.’

Hartverwarmend

Kees: ‘Mooi voorbeeld is ook IJsclub Siberia, wat ik een ongelofelijk fijne club vind. Met crowdfunding kregen ze het voor elkaar dat ze hun ijsbaan konden opknappen. Ook nog eens net voordat het flink ging vriezen en de hele buurt dus een heerlijk weekend ijspret had. De Voedseltuin is ook zo’n mooi voorbeeld en de Buurttuin bij gezondheidscentrum de Amazone waar mensen lekker kunnen komen tuinieren. En dankzij de Werkwinkel en de Beroepentuin vinden veel mensen nu op een prettige en stimulerende manier een leuke baan of opleiding. Er is gewoon teveel om hier op te noemen.’

Meer woningen, dan ook meer groen.

Liefde

Nog even over de nieuwe, duurdere huizen die in Overvecht gebouwd gaan worden. Gaan die naar mensen van buiten de wijk? Kees: ‘Ik vind het heel belangrijk dat mensen in Overvecht kunnen doorstromen naar een duurdere woning. Nu gaan ze vaak naar Leidsche Rijn of de stad uit, omdat ze zo’n huis niet in Overvecht kunnen vinden. Vaak zijn dit mensen die actief zijn en veel voor de wijk betekenen. Die mensen willen we dolgraag in de wijk houden. Dus waar nieuwbouw in Overvecht komt, krijgen Overvechters voor ongeveer de helft van de nieuwe woningen voorrang boven mensen van buiten de wijk.’

Meer woningen, dan ook meer groen, vindt Kees Diepeveen. Park de Watertoren en Park de Gagel worden met elkaar verbonden door een lang lint vol verschillende soorten bloemen en planten en daartussen groene routes. Kees: ‘Daardoor krijg je het gevoel dat je de hele tijd in het groen bent. Eind november heb ik meegeholpen met het planten van bloembollen. Als het goed is steken de eerste bloemen eind februari, begin maart al hun kopjes boven de grond. Als dat geen teken van liefde is, weet ik het niet meer.’

Dit interview met Kees Diepeveen verscheen eerder in Dreefnieuws nummer 27 – februari 2022.

Meer over de wijkaanpak Samen voor Overvecht lees je hier.