Wat doe je als je kind op hockey wil, maar bij alle clubs op een ellenlange wachtlijst terechtkomt? Een aantal ouders uit Utrecht Noordoost (UNO) kwam zes jaar geleden met een originele oplossing: zelf een hockeyclub oprichten. Na een aantal omzwervingen kwam UNO in de zomer van 2021 terecht op sportpark Vechtzoom in Overvecht. Dreefnieuws kreeg een kijkje in de keuken bij deze vernieuwde sportplek in de wijk.
FOTO: Godfried van Utrecht TEKST: Geke van Wijnen
Het geluid van tegen elkaar klappende hockeysticks hangt in de lucht en groepen kinderen rennen heen en weer over twee sportvelden in het Vechtzoompark. Wanneer je vanaf het Shopping Center in hartje Overvecht door de nieuwbouwbuurt Antoniuskwartier richting de Vecht fietst, zie je de velden liggen.
Het gras is groener
De hockeyvelden zijn nieuw in de wijk. Ze zijn speciaal aangelegd voor UNO, waarvan Harm Geels mede-oprichter en bestuursvoorzitter is. ‘We hebben een paar jaar getraind bij voetbalclub Hercules en later op de Uithof’, vertelt hij. ‘Maar het gras is altijd groener bij de buren: we wilden een eigen club, met een eigen locatie. Kinderen willen naar anderen opkijken, wedstrijden van ouderen bezoeken.’ Een van zijn dochters komt naar hem toegerend en begroet hem met een knuffel, haar training is net voorbij.
De sportclub langs de Vecht
‘Iedereen die hier komt is verbaasd’, vertelt Harm. ‘Het is echt mooi geworden.’ Hij vertelt dat er een heel proces vooraf is gegaan aan het ombouwen van het Vechtzoompark: ‘De gemeente wilde van drie voetbalvelden naar twee hockeyvelden en twee voetbalvelden. Voor die uitbreiding moest een groepje bomen gekapt worden en daar hadden mensen, heel begrijpelijk, bezwaar tegen. Toen we eenmaal toestemming hadden en begonnen met het ombouwen, moest halverwege de bouw gestopt worden omdat er een beschermde vleermuissoort in het gebied zou zitten.’ In de zomer van 2021 was het dan toch allemaal geregeld en kon UNO echt in Overvecht van start.
‘Een Sportclub is eigenlijk een soort kleine gemeenschap, waar je ook anderen ontmoet.’

UNO: iedereen op 1 ‘
We proberen hockey actief naar iedereen toe te brengen’, vertelt Harm. ‘We willen dat iedereen die binnen 15 minuten fietsen van het Vechtzoompark woont, hier kan komen. Dat zijn dus mensen uit Overvecht, maar ook een deel van Zuilen.’ Het motto van UNO is: iedereen op 1. Iedereen krijgt dezelfde kansen: op een mooi nieuw sportveld, een goede trainer en een gezellige club. ‘We doen ons best om mensen te bereiken die geen typische hockeyers zijn’, zegt Harm. ‘De buurtsportcoach geeft samen met trainers van de club en de hockeybond kennismakingslessen. Hierna geven we vijf lessen op school waarna er wijkbreed nog een keer vijf weken les is. Daarna kunnen de kinderen bij de club komen. We hebben speciaal iemand aangesteld om alle kinderen welkom te heten.’
Hockey: een sport voor rijke mensen?
Hockey is iets duurder dan een gemiddelde sport, bevestigt Harm. Dat komt doordat je een sportveld nodig hebt met een speciaal soort ondergrond. Daarnaast heb je sportkleding, schoenen en andere materialen nodig. ‘Maar als er een kind lid wil worden waarvan de ouders het niet kunnen betalen, dan gaan we gewoon kijken hoe we dat op kunnen lossen’, zegt Harm. ‘Voor kleding en schoenen maken we soms bijvoorbeeld gebruik van het Paul Verweel Sportfonds.’
‘Het is mooi om iets te zien groeien, dat maakt je enthousiast om door te gaan.’
Samen een droom creëren
Het heeft Harm en de andere oprichters de afgelopen zes jaar flink wat tijd gekost om zover te komen dat UNO nu een eigen plek heeft. ‘In eerste instantie doe je het voor je kinderen’, legt Harm uit, ‘want die konden nergens hockeyen. Maar op den duur is het ook gewoon leuk. Het is mooi om iets te zien groeien en dat maakt je enthousiast om door te gaan. Het is gewoon hartstikke leuk om bezig te zijn, om samen een droom te creëren en dat te zien uitgroeien tot waar we nu zijn.’
Hockeyclub UNO
Rio de Janeirodreef 203a
3563 VS Utrecht
e-mail: info@hockeyclubuno.nl
telefoon: 06-1046 9915
Website van Hockeyclub UNO
Dit artikel verscheen eerder in Dreefnieuws nummer 26 – november 2021, p4-5.